Vetplanten stekken

Wil je aan de slag met vetplanten stekken? Op deze pagina laten we zien hoe je dat heel eenvoudig kunt doen, en hoe je de baby vetplant stekjes het beste kunt verzorgen. Lees snel verder!

Vetplanten zijn een groep planten met enkele van de meest uiteenlopende vormen, kleuren en bloemen. Deze gemakkelijk te verzorgen planten voor binnen en buiten zijn ideaal voor plantenliefhebbers die eigenlijk geen tijd hebben om voor hun planten te zorgen. Vreemd genoeg verschillen sommige botanici en tuinbouwdeskundigen van mening over welke planten technisch gezien vetplanten zijn. Hun uiterlijk verschilt van soort tot soort, maar gemeenschappelijke kenmerken zijn gezwollen bladeren, kussens of stengels.

Naast dat ze super onderhoudsvriendelijk zijn, kan je vetplanten ook heel eenvoudig stekken. Als je eenmaal een vetplant hebt, kun je er zoveel meer uit stekken om je eigen baby vetplanten te creëren. Lees hieronder hoe je stap voor stap aan de slag kunt gaan met het stekken van vetplanten.

Wat heb je nodig?

Schone scherpe schaar;
Pot;
Potgrond’
Glas met water.

1. Pot voorbereiden

We raden aan om een kleine pot te gebruiken voor het stekken van vetplanten. In een pot waar ze minder ruimte hebben, zullen ze namelijk beter groeien. Als je daarna merkt dat de stek groter wordt, dan kan je het nog altijd verpotten naar een grotere pot. Neem een pot met een afvoergat die groot genoeg is om 5 – 8 cm ruimte te laten rond elke stek.

Vul de pot met een korrelige, goed doorlatende grond om de vetplanten te beschermen tegen stilstaand water en wortelrot. Speciale vetplant grond zijn te koop bij de meeste tuincentra. Je kunt er ook zelf een maken met 3 delen potgrond, 2 delen grof en zoutvrij zand, en 1 deel perliet of puimsteen.

2. Steel afknippen

Knip met een scherpe schone schaar voorzichtig een stengel af van waar het aan de hoofdsteel is bevestigd. De stengel moet netjes en heel afgesneden worden. Laat de stengel twee tot drie dagen op een goed verlichte plek staan tot er zich aan het uiteinde een eelt vormt.

3. Laten groeien in water

Plaats het stekje een potje in water met wortel ondergedompeld in 1 cm water, afgeschermd van het weer maar met een frisse luchtstroom. Wacht tot zich wortels beginnen te vormen. De wortels zien eruit als kleine, roze strengen.

4. Plant de stekken

Zodra de wortels 1-2 cm groot zijn, verwijder ze dan uit het water om ze vervolgens in de pot te planten. Plant het afgeknipte uiteinde van een stengel 2 – 5 cm in de grond. Als de vetplant bladeren heeft, moet je mogelijk wat verwijderen om het onderste deel van de stengel bloot te leggen. De onderste bladeren moeten net boven de grond zitten zonder deze aan te raken. Druk de grond lichtjes samen om het stekje rechtop te krijgen.

Kies de juiste locatie

Als het stekje eenmaal in de pot geplant is, is het belangrijk om het op een geschikte locatie te plaatsen waar de baby vetplant optimaal kan groeien. Kies een locatie voor je jonge vetplanten die helder, indirect licht (niet volle, buitenzon) en voldoende luchtstroom krijgt. Stekken hebben zonlicht nodig om nieuwe wortels te krijgen, maar in direct zonlicht kunnen ze snel uitdrogen. Een goede luchtstroom helpt plagen van wolluis en muggen op vetplanten binnen in huis te voorkomen.

Plaats het bijvoorbeeld een zonnige vensterbank of in een goed verlichte kamer. Controleer voor de zekerheid het plantetiket voor de ideale groeiomstandigheden.

Water geven

In tegenstelling tot volwassen vetplanten, hebben stekken regelmatig vocht nodig totdat ze kunnen groeien. Geef vaak genoeg water om te voorkomen dat de grond uitdroogt, maar niet zo vaak dat je stilstaand water ziet. Afhankelijk van de temperatuur en vochtigheid is de werkelijke frequentie meestal 2-4 keer per week.

Als ze eenmaal volgroeid zijn, hebben de meeste soorten vetplanten weinig aandacht nodig en gedijen zelfs goed bij verwaarlozing. Als ze buiten geplant zijn, hebben ze geen speciale zorg nodig – regenwater is genoeg om ze tevreden te houden. Als je ze binnenshuis hebt, geef ze dan elke 2-4 weken water.

Merk je dat je vetplant begint te verschrompelen (beginnend aan de onderkant van de plant), dan is dit een teken van uitdroging.

Zorg voor gewortelde vetplanten

Probeer na 2-4 weken voorzicht aan je stekje te trekken. Je merkt snel je baby vetplant goed geworteld is. Je kunt dan overgaan tot het minder frequent geven van water. Geef pas water als de grond volledig is opgedroogd, wat ongeveer uitkomt op 2-4 keer per maand. Verpot desgewenst opnieuw naar een grotere pot en verplaats de vetplant geleidelijk naar de gewenste lichtomstandigheden. Neem 1-2 weken de tijd om de blootstelling aan licht te verhogen, zodat de plant de tijd krijgt om zich aan te passen. Ga door met het verzorgen van de vetplant en let de komende maanden op bovengrondse groei.

Het is niet nodig om de vetplant te bemesten. Sterker zelfs, te veel mest kan jonge of onbewortelde vetplanten verbranden. Rijpe, gewortelde vetplanten kunnen in het voorjaarsgroeiseizoen wel stikstofarme meststof met langzame afgifte verdragen. Maar dit is dus niet perse nodig.

Vetplanten stekken met bladeren

Hierboven hebben we laten zien hoe je vetplanten kunt stekken met stengels van de moederplant. Hoewel het iets lastiger is, is het ook mogelijk om bladeren te gebruiken. Zorg ervoor dat je dikke, gezonde bladeren bij de basis kiest. Verwijder de bladeren en laat ze binnen of in de schaduw 4-7 dagen drogen. Zodra het afgeknipte uiteinde eelt, plant je de bladeren rechtop, met de snijzijde naar beneden in lichte, korrelige grond. Verzorg het stekje op dezelfde manier zoals we hierboven hebben omschreven.